Gepubliceerd op 23 mai 2024

Marc Poncelet: Grond, en ik denk dat iedereen het erover eens is. Als ontwikkelaar opereren we tussen de grond en de koper, dus ofwel kunnen we de kosten van de crisis doorrekenen aan de koper, en iedereen weet dat dat vandaag de dag niet wenselijk is, ofwel kunnen we het in de grond terugwinnen. Dat zijn volgens mij de enige twee oplossingen. Als ik ook iets anders zou kunnen aanpakken, zou het de onzekerheid van de Raad van State zijn, omdat timing cruciaal is. We hebben de vergunningsprocedures geïntegreerd in onze vergelijkingen, en dat werkt met de administraties. Maar de Raad van State blijft een black box, niemand kan zijn beslissing voorzien, en dat is echt problematisch.

Beti Waknine: Over grond ben ik het eens. Het is een van de sleutels. In oude dossiers horen we nog vaak eigenaars zeggen: « Ik heb het terrein voor deze prijs gekocht, dus ik ben verplicht het voor dat bedrag te verkopen », en dat heeft invloed op alles. Ik wil ook verduidelijken dat we het vandaag hebben over nieuwbouw, maar op dit moment, op overheidsniveau, wachten we op meer renovaties, eerder dan sloop/heropbouw.

Abraham de Bettencourt: Op het gebied van grond denk ik dat regulering automatisch zal plaatsvinden. Er is concurrentie, dat wil zeggen dat er een tijd was dat veel ontwikkelaars zich positioneerden op producten en er was een overbieding. Momenteel, als we een vloeibaar product willen hebben, moet de verkoopprijs noodzakelijkerwijs passend zijn. De voorstellen die vandaag op grond worden gedaan, zullen dus lager zijn dan vroeger. Het tweede aspect is het kader. Ik ben geen jurist of ontwikkelaar, maar ik herinner me toch, uit mijn studie, dat er in Frankrijk ZAC’s zijn, zones voor geplande ontwikkeling. Het idee is dat omdat we over het algemeen behoefte hebben aan huisvesting, we ervoor moeten zorgen dat het minder vaag is, zodat iedereen die investeert een duidelijk beeld kan hebben van wat hij op een bepaalde plaats en binnen welke termijn kan doen. In Brussel hebben we het PAD (Plan voor Directe Ontwikkeling), maar zoals ik hoor, is dat geen ideaal model.

Beti Waknine: In feite vertegenwoordigt het PAD heel weinig op regionale schaal – ongeveer tien strategische zones. Ik wil hun belang niet verkleinen, maar de meeste verzoeken die we ontvangen hebben betrekking op deze zones.

Philippe Sallé: Grond en de andere besproken ideeën zijn oplossingen op middellange of lange termijn, maar als we op korte termijn willen handelen, is de sleutel de BTW. Er was de BTW van 6% die goed werkte wat betreft sloop/heropbouw. Waarom generaliseren we die niet naar alle nieuwbouw? We zouden een verlaagd BTW-tarief kunnen hebben wanneer we een nieuw pand kopen in bepaalde gemeenten en wanneer we bepaalde criteria als koper vervullen. Dit zou een onmiddellijke hefboom zijn om mensen rechtstreeks te helpen bij het verwerven van een woning. Het zou de verkoopprijs voor de ontwikkelaar niet beïnvloeden en op economisch niveau zou het voordelig zijn, omdat de bouwsector enorm veel werkgelegenheid vertegenwoordigt.

www.unizo.be